Ontstaansgeschiedenis van onze kerk Ontstaansgeschiedenis van onze kerk

Ontstaansgeschiedenis van de Gereformeerde kerk te Sprang-Capelle.
Bron D Verbeek

De afscheiding van 1834.

Koning Willem 1 kondigt op 7-1-1816 het Algemeen Reglement voor het bestuur van de Nederlandse Hervormde Kerk af . Dit houdt ondermeer het volgende in:
• De oude naam Gereformeerd wordt vervangen door Hervormd.
• De bestuursopbouw van onder af waarbij de plaatselijke kerkenraden via de classis en de provinciale synode de generale synode samenstellen wordt vervangen door een opbouw van bovenaf. De algemene synode wordt uitgangspunt en die kan van bovenaf de mindere vergaderingen zoals de classis besluiten opleggen.
• Aanstaande predikanten hoeven zich niet zo sterk als voorheen aan de belijdenisgeschriften te binden door ondertekening van de proponentsformule.
• Ook speelt de gezangenkwestie een grote rol. In 1807 was er een nieuwe gezangenbundel uitgekomen waaruit de kerken verplicht moesten zingen. Liet een predikant dat na uit eigen overtuiging of onder druk van de gemeente dan volgden er straffen die konden uitlopen op schorsing of zelfs afzetting van de predikant.
Het nieuwe reglement leidt tot grote onrust binnen de Hervormde kerk en in 1834 komt het tot een uitbarsting als een aantal jonge predikanten (ds. De Cock uit Ulrum, ds. Scholte uit Doeveren en ds. Gezelle Meerburg uit Almkerk) het voortouw neemt om zich tegen het heersende liberale klimaat te verzetten. Ze tekenen een acte van Afscheiding of Wederkering.
Hierbij wordt de Hervormde kerk een valse kerk verklaard. De ondertekenaars keren weer terug tot de ware Gereformeerde religie van voor 1816.
De afscheiding breidt zich als een olievlek uit over Nederland en heel wat gelovigen treden uit de hervormde kerk. Dit zijn vaak eenvoudige mensen, boeren, arbeiders en de kleine burgerij in de volksmond vaak met kleyne luyden aangeduid.
In Brabant zijn twee van die voortrekkers: ds. Scholte en ds Gezelle Meerburg. Zij scheiden zich met bijna heel hun gemeentes af en stichten heel wat gemeentes in de plaatsen rondom hen, zo ook in Sprang en Vrijhoeve-Capelle.

Sprang
Tijdens een van zijn hagepreken in een weiland bij Genderen bevestigt ds. Scholte op 19 juli 1835 de kerkenraad van Sprang in het ambt. Ze gaan kerken in de boerderij van D. Wether in Sprang. Na een tijd van vervolging en inkwartiering wordt deze kerk in 1840 door de staat erkend, maar wel op voorwaarde dat het woord Gereformeerd in de naam moet vervallen.
Zo ontstaat de Christelijke Afgescheiden Gemeente te Sprang.

Vrijhoeve
Omdat een deel van de leden van de Sprangse gemeente uit Vrijhoeve komen besluit men te Vrijhoeve–Capelle een zelfstandige gemeente te stichten. Op 3 maart 1837 wordt de kerkenraad door ds. Gezelle Meerburg in het ambt bevestigd en ze gaan kerken in een boerderij aan de Hogevaart (waar nu het Groene Kruisgebouw is). De goedkeuring door de staat wordt verleend in 1840.

Samenvoeging
De beide gemeentes zijn echter maar klein en als er in ‘s-Gravenmoer ook een gemeente wordt gesticht en er veel leden die uit ‘s-Gravenmoer komen zich aan de gemeente in Vrijhoeve onttrekken is de tijd gekomen om intensiever samen te werken. Dit leidt uiteindelijk in 1845 tot samensmelting in één gemeente. De gemeente is dan zo groot geworden dat men in 1849 een predikant kan beroepen. Dit is Ds Wiersma.
De kerken mogen zich later weer Gereformeerd noemen. In 1869 wordt de naam Christelijke Gereformeerde kerk aangenomen.

In 1884 wordt er een nieuwe kerk gebouwd aan de Heistraat. Ds. Van Mechelen wordt gevraagd om de afscheidspredikatie in de oude kerk te houden. Hij preekt uit Lukas 22 vers 31 en 32. Hij kijkt in zijn preek terug op de afgelopen 50 jaar en geeft een goed beeld van wat er zich zoal in de gemeente heeft afgespeeld. De smaad en hoon in de beginjaren, de grote verschillen tussen Sprang en Vrijhoeve, het uiteindelijk samengaan, de verschillende predikanten en aan het einde van de preek haalt hij Mejuffrouw Boezer aan die een groot bedrag schonk aan de gemeente zodat er een nieuwe kerk gebouwd kon worden.

De Doleantie
Het uittreden van de afgescheidenen uit de Hervormde kerk brengt geen rust. Onder leiding van Abraham Kuyper treden er opnieuw velen uit de Hervormde kerk. Zij noemen zich dolerend want zij treuren om de vrijzinnige toestanden in de kerk en beklagen zich over het verlies van de kerkelijke goederen die bij het uittreden vervallen aan de Hervormde kerk.
De Nederduits Gereformeerde kerk ontstaat die later samengaat met een deel van de afgescheidenen in 1892 en dan de Gereformeerde kerken in Nederland gaan heten.

Ook aan Sprang en Vrijhoeve gaat de doleantie niet voorbij. Samen met gelijkgestemden uit Besoyen en Baardwijk kopen de dolerenden uit Sprang en Vrijhoeve een terrein in Vrijhoeve aan om daar een kerk te bouwen . Ds. A van Veelo uit Klundert gaat op zondag 30 augustus 1887 de eerste keer voor en bevestigt de kerkenraad in zijn ambt. In 1892 wordt er aan de huidige Van der Duijnstraat een stuk grond aangekocht en hier wordt een nieuwe kerk gebouwd die op 28 mei 1893 in gebruik wordt genomen.

Samengaan
Er zijn nu dus twee Gereformeerde kerken, de zogenaamde A en B kerk. Als in 1892 de afgescheidenen en de dolerenden samengaan horen de beide kerken tot hetzelfde kerkverband. Maar de verschillen zijn groot en de samenwerking is gering. Twee keer heeft men uit nood geboren tijdelijk een gezamenlijke predikant (ds. Boss van 1887-1893 en ds. De Jonge van 1922-1924) Enkele broeders doen in 1930 een voorstel tot samengaan maar de tijd hiervoor is nog niet rijp. Ze krijgen weinig bijval en horen dat er niet lichtvaardig mag worden besloten tot opheffing van plaatselijke kerken die onder Gods bestel tot openbaring zijn gekomen.
Lange tijd is er nauwelijks samenwerking. Evangelisatiewerk wordt wel eens gecombineerd aangepakt en er is wel eens een gezamenlijke thema-avond.

Terugblik op de samenwerking tussen de kerken van Sprang en Vrijhoeve
Bron : P v Eersel, april 2007

Inleiding
De Kerken van Vrijhoeve-Capelle en Sprang zijn vele, vele jaren zelfstandig geweest. In Sprang kerkten ook leden die in Waalwijk woonden. Toen dat er steeds meer werden, ontstond de behoefte daar een eigen gemeente op te bouwen. Er werd eerst gekerkt in de aula van het inmiddels oude gebouw van het Willem van Oranje College. Toen de financiën het toelieten, werd de kerk aan de Ambrosiusweg gebouwd. De samenwer¬king bestond uit het onderhouden van één predikant.

De kennismaking
In dit hoofdstuk gaat het over de verhouding tussen Vrijhoeve en Sprang in de periode tot de in een acte
vastgelegde samenwerking van april 1974.
Het begin is haperend en stroef. In de notulen van de Sprangse kerkenraad van 10 september 1970 staat: De kerkenraad besluit om deze aangelegenheid (middagdiensten gezamenlijk met Vrijhoeve ) op de gemeentevergadering van 15 oktober ter sprake te brengen. Vervolgens wordt dat vergeten, want er is niets meer gemeld op de genoemde gemeentevergadering.
Is dit al het einde van de samenwerking? Nee, want in januari van het volgende jaar wordt er in Sprang een inleiding gehouden over de rol van het communisme. Belangstellenden uit Vrijhoeve-Capelle zijn hartelijk uitgenodigd voor deze avond. De brief met de uitnodiging wordt in Vrijhoeve voor kennisgeving aangenomen. Nog niet echt veelbelovend.
Maar gelukkig gaat het verder. Onderwerp van gesprek is de catechisatie. Dominee Spoelstra (Sprang) stelt op zijn kerkenraad voor om op een economische wijze de catechisaties van Sprang en Vrijhoeve te combineren. De ene keer in Sprang met de Sprangse dominee, de andere keer in Vrijhoeve met de Vrijhoevense. Maar de broeders zien wel enkele bezwaren tegen dit plan: het bezoek zal nog minder worden en de band tussen de dominee en de catechisanten zal nog losser worden. Op dit onderwerp wordt teruggekomen. De bezorgdheid blijft en het duurt een hele tijd voordat het voorstel geëffectueerd wordt.
In Vrijhoeve verlaat dominee Vreugdenhil de gemeente. Die wordt dus vacant.


Een volgende poging iets gezamenlijks te doen betreft het nieuwe Liedboek. De Sprangse predikant wil 100 exemplaren bestellen en die in samenwerking met Vrijhoeve verkopen. Of er al belangstelling voor is, wordt nergens vermeld. Want over het feit of men er al uit gaat zingen, moet nog stevig gediscussieerd worden.
Onopvallend eigenlijk, maar steeds vaker vindt er overleg plaats over steeds meer dingen. Vanuit Vrijhoeve komt de mededeling dát er weer een jeugdvereniging opgericht wordt, waar de jongens en meisjes uit Sprang hartelijk welkom zijn. Bij de jeugd moet je beginnen!
Kort daarop een vergadering over het kerkblad. De particuliere synode Brabant-Limburg besluit om te stoppen met de uitgave van het wekelijks verschijnend kerkblad voor de gemeenten in hun ressort. Dat komt slecht uit voor Vrijhoeve, want die hebben alleen dat blad. Sprang niet, Sprang heeft 'Kontakt'. Op een vergadering besluit men samen te gaan werken aan de uitgave van 'Kontakt', met een redactie van acht personen, gelijkelijk verdeeld en volledig geïntegreerd werkend.
Intussen zijn we in 1974 terecht gekomen. En dan gaat er wat veranderen. In januari komt een commissie met een verslag van een samenspreking over samenwerking tussen enkele kerken in de regio. Er worden de volgende opties genoemd:
Waalwijk-Sprang, Waalwijk-Sprang- Vrijhoeve en Waalwijk-¬Sprang-Vrijhoeve-Heusden.
Voor die laatste combinatie maakt de classis zich sterk. Maar daar komt het niet van. Vrijhoeve voelt niets voor zo'n uitgebreide streekgemeente en spreekt een duidelijke voorkeur uit voor Sprang. Hoewel Sprang en Waalwijk steeds verder uit elkaar groeien, kan Sprang niet zomaar met Vrijhoeve in zee gaan, omdat er verplichtingen zijn ten opzichte van Waalwijk. Hoe het ook wordt gewend of gekeerd, de afgevaardigden van Vrijhoeve en Sprang vragen de classis samen op te mogen trekken. En ze hebben goede papieren. De geografische ligging is geen probleem. De structuur van de gemeenten loopt niet ver uiteen en de financiële situatie is gezond. En naar dat laatste argument heeft de classis wel oren, want dan hoeft die niet financieel bij te springen. Intussen is Waalwijk in beginsel rond met Heusden.


Er volgen nu echte onderhandelingen en vóór mei hoopt men akkoord te zijn. Gewerkt wordt aan de acte van samenwerking die op de kerkenraden en gemeentevergaderingen gepresenteerd zal worden. Op 12 april 1974 zijn er dan ook bijzondere, aparte kerkenraadsvergaderingen, waarop de acte artikel voor artikel besproken wordt. Een paar vraagjes worden toch nog gesteld: waar gaat de te beroepen predikant wonen en wie dekt welke kosten? Sprang wacht in de pauze op de broeders en zusters van Vrijhoeve om met een gezamenlijk standpunt te komen.
En men wordt het eens over het traktement en de verdeelsleutel (60 / 40). Dus kan het plan naar de gemeentevergaderingen. En daar wordt kritisch naar artikel 2 gevraagd. Dit artikel luidt: De samenwerking is een gevolg van het feit dat aan beide kerken een zelfde predikant verbonden is. Is dat de enige basis van samenwerking? Het antwoord is even kort als simpel: Het wordt gezien als een aanzet waaruit geleidelijk een samenwerking voor de langere termijn op een andere basis moet groeien. Hoe het ook allemaal zij, het plan wordt met algemene stemmen aangenomen. En dit alles in goede harmonie, volgens de notulen. Dus dat belooft wat.


De verloving
De notulen spreken dus van een goede harmonie. De harmonie mag dan goed zijn, het tempo om meer samen te gaan doen is erg laag. Enkele punten verdienen de aandacht. Een gezamenlijke (middag)dienst zit er voorlopig nog niet in. De gezamenlijke beroepings-commissie heeft nog weinig reactie gehad en het gaat met de algehele samenwerking nog niet erg vlot.
De komende jaren zullen de onderwerpen beroepingswerk, gezamenlijke (middag)dienst en samenwerking veelvuldig op de agenda staan.


Beroepingswerk
In september 1974 is de beroepingcommissie nog niet op reis geweest, maar de kerkenraden zijn van mening, dat dit wel noodzakelijk is. Men moet de predikant bezoeken, want een directe confrontatie werkt veel beter. Dus wordt in november gemeld dat men gaat luisteren, en wel in Friesland. En de bewuste predikant wordt voorgesteld. Aardig detail hierbij is, dat hij geen goede redenaar met een donderende stem genoemd wordt. Hij gaat voor in beide gemeenten (zo ging dat in die tijd nog) en wordt beroepen. Maar ... hij komt niet.
Het werk dient daarom te worden hervat. De leden van de commissie klagen steen en been: het is moeilijk werk, op het allerlaatste moment wordt afgezegd, moeilijk om contacten te leggen, enz. Contacten met Balkbrug, maar de predikant zegt dat er rustig verder gezocht kan worden. Verder met Zwartbroek, maar het salaris van de predikant daar is te hoog. Dan toch weer Balkbrug. De predikant komt in beide gemeenten preken, maar .... komt niet. Even later heeft men weer iemand op het oog, maar hij is te oud en te duur. En dan komt het verwijt dat de commissie haar activiteiten niet ten volle ontplooit. Op de gezamenlijke kerkenraadsvergadering van 17 augustus 1976 wordt dan eindelijk geconstateerd dat het bedienen van twee gemeenten voor een predikant helemaal niet aantrekkelijk is. Er moet meer samenwerking komen. Er moet meer gezamenlijk vergaderd worden. Een der kerkenraads¬leden durft zelfs voor te stellen om twee wijkkerkenraden met een overkoepelend orgaan in het leven te roepen.
Het beroepen gaat verder. Weer twee dominees. Van de ene weet men al bij voorbaat dat hij niet zal komen. Als de andere zou komen, zou er een tekort op de begroting ontstaan. Maar dat was geen bezwaar. Helaas, de gemeente gaat niet met het voorstel akkoord. Geen nood, er is al weer iemand benaderd. Er is een preek van hem die door de kerkenraden beluisterd wordt en er gaat een beroep naar hem uit. Maar .... hij komt niet.
Intussen is het april 1978. De beroepingscommissie is op halve kracht en er wordt een nieuwe voorgesteld. Maar dat duurt nog even en men heeft weer twee personen in het vizier, waaronder een kandidaat. Het is een zeer geleerd heer, want hij is gepromoveerd, maar wil vier jaar praktijk opdoen in een gemeente. Hij komt een keer preken. En wordt beroepen. Het beroep wil hij echter niet aannemen als hij direct moet beslissen. Hij wil tot 1 oktober wachten. Maar dat vinden de kerkenraden te lang duren. Hij komt dus .... niet.
In november komt er een hele nieuwe beroepingscommissie. Die krijgt nieuwe richtlijnen en gaat aan de slag. En al in januari van 1979 wordt er een beroep uitgebracht. Helaas, geen succes. Het zal toch weer niet jaren gaan duren? Gelukkig niet. In maart wordt op een gezamenlijke gemeentevergadering met grote meerderheid van stemmen een beroep uitgebracht op dominee Suurmond.

En die komt : Intrede 19 augustus.


Samenwerking
11 mei 1978 is een kleine mijlpaal in de geschiedenis van de samenwerking. Op een gemeenteavond moeten er toch eindelijk spijkers met koppen geslagen worden. Er worden door de commissie vier alternatieven aangedragen:                                                                                            a. volledige integratie.
b. vorming algemene kerkenraad plus twee wijkkerkenraden.
c. alleen gezamenlijk een predikant.
d. de samenwerking stoppen.
Er wordt gekozen voor plan b. Per 1 januari 1979 zal een proefperiode van een jaar ingaan. De algemene kerkenraad komt met voorstellen, de wijkkerkenraden besluiten. De proefperiode bevalt zo goed dat zij met een jaar verlengd wordt, met daarbij de afspraak dat voor 1 januari 1981 alles geregeld moet zijn. De scriba van destijds was iets te voorbarig, want de volgende vergadering moest dat 'moet' vervangen worden door 'kan'.
Op gezamenlijke kerkenraadsvergaderingen wordt regelmatig gesproken over de resultaten van de samenwerking tot nu toe, ook op kerkenraadniveau. De meningen zijn (nog steeds) verdeeld: zinvol, gespannen sfeer, wat langer doorgaan met de proefperiode, meer zaken effectueren. Op gemeentevergade¬ringen worden dezelfde geluiden gehoord: beide kerken hebben hun eigen historie, in één grote kerk kent men elkaar niet meer. Maar ook: vergeet niet dat de ontkerkelijking in Sprang-Capelle toe zal nemen, Ondanks de bezwaren komt men (september 1980) tot het voorstel per 1 januari 1981 tot een streekgemeente te komen. Maar die datum wordt niet gehaald. En in maart van het jaar daarop wordt geconstateerd dat de samenwerking vertragend werkt. En daar komt bij dat het in Vrijhoeve financieel niet erg goed gaat. Sprang wordt bang. Kunnen we de gezamenlijke predikantsplaats wel intact houden?
Gelukkig gaat de kogel door de kerk en wordt op 2 december 1981 uitgesproken dat per 1 januari 1982 de beide kerken één streekgemeente zullen vormen onder de naam Gereformeerde Kerk van Sprang-Capelle en omgeving. De acte passeert 27 januari 1982.


Samenwonen
De verlovingstijd is achter de rug. De ringen zijn gewisseld. Er kan verder gebouwd worden aan de relatie. Er moet echter nog veel geregeld worden. Want er zijn nog twee kerken, twee pastorieën, twee wijkkerkenraden en nog meer dingen van twee. En dat zou natuurlijk één moeten worden.
Als eerste is de pastorie van Sprang aan de beurt. Zij wordt in de verkoop gedaan. Er zijn geen gemeenteleden die haar willen kopen, dus gaat men proberen haar in eigen beheer aan buitenstaanders te verkopen. En in september 1986 is dat gelukt. Het betekent wel dat dominee Suurmond moet verhuizen naar Vrijhoeve en die wil dat wel, als de huurders er tenminste op tijd uit zijn.


Gezamenlijke middagdiensten
Voorzichtig maar weer eens de tweede dienst aangekaart. En wel met het voorstel om vanaf 1 juli 1983 de middagdienst gezamenlijk te houden. In beide gemeenten is de gang naar de middagdienst steeds meer aan het afnemen. En alles is dubbelop: gastpredikant, organist, energie. In beide kerken zijn groepen die dat alles veel te snel vinden gaan. Eerst maar eens de wenselijkheid en de mogelijkheden onderzoeken, alsof dat nog niet gebeurd was. Eerst eens kijken hoe de gemeente erover denkt. En er zijn bezwaren. Met die mensen moet eerst gepraat worden, dus nog maar niet. En zo gaan de argumenten over en weer. Uiteindelijk komt het volgende voorstel: de middagdiensten worden in week 1,3 en 5 van de maand in
Vrijhoeve gehouden en in de weken 2 en 4 in Sprang.

 
Samenwerking kerkenraden
De samenwerking binnen de kerkenraad komt ook af en toe nog ter sprake. Alle voors en tegens passeren nog eens de revue. Er moet meer gezamenlijk, er moet meer openheid naar elkaar toe, het wantrouwen dat af en toe de kop opsteekt moet worden weggenomen, beslissingen nemen te veel tijd in beslag, pastorale zorg ontbreekt af en toe, wijkkerkenraden delegeren te weinig naar de algemene kerkenraad. Maar er is wel de intentie de samenwerking te intensiveren.
En er wordt dus maar weer eens een commissie in het leven geroepen om de zaak te activeren. En je kunt toch de samenwerking niet beëindigen, zeker niet als blijkt dat dominee Suurmond naar Wolvega gaat. Men gaat dus vol goede moed aan de slag. De gemeente wordt uitgebreid geïnformeerd en steeds meer zaken gaan gelukkig gemeenschappelijk.

Gebouwen en inventaris
Als je samengaat, kan dat het beste in één gebouw. De Sprangse pastorie was al verkocht, maar er waren nog twee kerken. Hoe moest dat opgelost worden? Enkele optimisten wisten het wel: alles verkopen en een nieuwe kerk bouwen. Maar dat werd erg duur.
Er moesten alternatieven komen: Sprangse of Vrijhoevense kerk afbreken en opnieuw bouwen, Sprangse of Vrijhoevense kerk renoveren, brandweerkazerne kopen en verbouwen.

Er werd wat gewikt en gewogen, gepland en weer bijgesteld, voorgesteld en verworpen, offertes aangevraagd en teruggestuurd, subsidie hier gevraagd en subsidie daar. Met kerkenraadsvergaderingen moest men regelmatig vanwege het late uur ophouden. Maar ook hier gold dat de aanhouders winnen. Ook hier is het van belang geweest dat er mensen waren die volhardend en met geduld hun werk hebben gedaan.

En eindelijk, op 25 januari 1998, kon de verbouwde kerk in Vrijhoeve in gebruik worden genomen. En het was een juweeltje, daar was en is het goed samenwonen. Elk van de partners bracht wat in als, laat ik zeggen, bruidschat: Sprang de preekstoel, de doopvont, de liturgietafel en een paar banken. Vrijhoeve het avondmaal stel en het orgel. Een prachtig moment om een nieuwe start te maken.

En hopelijk leven we nog vele jaren samen in een mooie kerk onder de zegen van God. 

Predikanten van onze gereformeerde kerk(en)

Een aantal namen van predikanten is voorzien van een link naar een afbeelding

Sprang 14 okt 1887                                           Vrijhoeve 19 juli 1835

                                                                      1849-1856 H.Wiersma
                                                                      1856-1859 W.H.v.d. Bosch
                                                                      1859-1864 J.Verweij
                                                                      1865-1871 M.v.Apeldoorn
                                                                      1873-1881 J.B.v. Mechelen
                                                                      1883-1887 C.S. Boss

                                  1887-1893 C.S. Boss 

                                                          1892-1893 van den Blom (oefenaar)

1896-1900 C. Lindenboom                         1894-1897 W.Bosch

                                                                    1898-1900 S.Datema

1900-1906 J. Visser                                    1901-1915 A. Brummelkamp
                                   1922-1924 G.H. de Jonge
1931-1936 J.C. Hagen                                1925-1930 J. Snoek 
1937-1946 B.A. v. Lummel                         1932-1937 P.K. Keizer
1945-1945 O.G. Molenaar hulpprediker      1938-1942 E.J. Dijk
1946-1948 W.v.d. Kerk                              1943-1946 J.C. Westera
1949-1953 M.J. Mulder
1954-1957 N.W. v.d. Hout                         1947-1955 C. de Kruyk
1958-1964 W.B. v.d. Meulen                      1957-1965 G. Torenbeek 
1964-1968 W.R. Barkema                          1965-1966 B.A. Bos emeritus
1969-1974 F. Spoelstra                               1969-1972 A. Vreugdenhil 
                                  1979-1982 P.C. Suurmond


SPRANG-CAPELLE e. o. 27 jan. 1982
1982-1992 P.C. Suurmond
1993-2000 O.M. Knibbe
2001- 2006 C.J. 't Lam

2008- 2020 J Bol


 

terug